woensdag 24 oktober 2012

Onderhouden van onderhoud

Het was volle bak in de Grote Kerk in Breda, tijdens het Jaarcongres van het Dutch Institute World Class Maintenance. Dat het zo druk was, beschouwde ik als een mooi signaal van het grote belang dat aan onderhoud moet worden gehecht.
Onderhoud komt vaak pas ter sprake als het mis gaat. Neem de sluis bij Eefde die naar beneden stortte. Tot die dag was de waarde van het onderhoud aan de sluis niet direct zichtbaar. Pas toen uitgebreid verslag werd gedaan van de economische schade die ontstond doordat schepen hun lading niet konden leveren, werd men zich er ineens van bewust dat dit debacle had kunnen worden voorkomen als er belang was gehecht aan goed onderhoud. Het is jammer dat er zo’n incident nodig is om het belang van de maintenance sector zichtbaar te maken.

Opmerkelijk is ook dat onderhoud nog vaak wordt geassocieerd met olie en vet. Een volstrekt achterhaald beeld. Onderhoud is tegenwoordig super innovatief en geavanceerd. Denk aan de ruimtevaart of andere high tech sectoren. Een mooi voorbeeld is ASML. De chipmachines die dit hightech bedrijf produceert zijn uiterst complex. De standaard onderhoudstechnieken volstaan dan niet. In nauwe samenwerking met de Technische Universiteit Eindhoven heeft ASML een methode ontwikkeld waarbij door middel van data-analyse kan worden bepaald waar en wanneer onderhoud nodig is. Daar komt geen druppel olie en geen spoortje vet aan te pas.

Er is nog een andere ontwikkeling van belang. Consumenten – of dat nu overheden, bedrijven of burgers zijn – kijken steeds meer naar de waarde van producten. De aanschafprijs is niet langer allesbepalend. Nee, we willen weten hoe lang een product meegaat, hoe duurzaam het is, wat er nodig is om het probleemloos te kunnen blijven gebruiken. De ‘total cost of ownership’ zoals dat heet, zal dan ook leidend worden bij het bepalen van welk product men koopt.

Daarom is zaak al tijdens het ontwerp van een product rekening te houden met het onderhoud, want daarmee worden de totale kosten beperkt. Dat gebeurt gelukkig in toenemende mate, maar het moet nog beter. Dat kan alleen als alle betrokken partijen de krachten bundelen.

Daarom juich ik het initiatief toe van FME-branche Profion (de branchevereniging voor industrieel onderhoud) om rond de tafel te gaan zitten met andere FME-branches die onderhoud hoog op de agenda hebben staan. Doel is het opzetten van een onderhoudsnetwerk binnen de technologische industrie. We kunnen nog veel van elkaar leren. De luchtvaart loopt bijvoorbeeld al jaren voorop met wereldwijde standaards en zeer gedetailleerde informatie-uitwisseling.

Krachtenbundeling is cruciaal voor het versterken van zowel de positie als de verdienkracht van de maintenance sector én van de technologische industrie. Want als elk bedrijf of elke subsector zijn eigen koers vaart en steeds zijn eigen wiel moet uitvinden, dan is dan niet efficiënt en niet effectief. We moeten de versnippering tegengaan en als één blok de sector op de kaart zetten.

Bron: Mevrouw Ineke Dezentjé Hamming-Bluemink voorzitter FME/CWM

Geen opmerkingen:

Een reactie posten